Europees Parlement: Akkoord over het verbeteren van de transparantie in de kortetermijnhuursector

·   Kortetermijnverhuur van accommodaties ontwikkelt zich snel, dankzij platforms als Airbnb, Booking en Expedia

·   Doel is het bevorderen van een verantwoordelijke en transparante platformeconomie in de EU

·   Gemeenschappelijke regels voor de registratie en identificatie van gastheren en hun eigendommen

·   Kwaliteitsgegevens zullen leiden tot betere handhaving en minder illegale vermeldingen

De onderhandelaars van het Parlement en de Raad zijn het eens geworden over nieuwe regels voor het verzamelen en delen van gegevens over kortetermijnverhuur om lokale overheden te helpen hun toeristische diensten te verbeteren.

Woensdagavond bereikten de leden van het Europees Parlement en het Spaanse voorzitterschap van de Raad een voorlopig akkoord over de verordening betreffende het verzamelen en delen van gegevens met betrekking tot kortetermijnverhuur van accommodatie (STR's). Dit initiatief heeft tot doel een transparante en verantwoordelijke platformeconomie in de EU te bevorderen en doeltreffend lokaal beleid te onderbouwen.

In een reactie op de deal zei rapporteur Kim Van Sparrentak (Groenen/EVA, NL): "Steden worstelen met een explosie van illegale vakantieverhuur. Hierdoor komt de leefbaarheid en betaalbaarheid van steden in heel Europa onder druk te staan. Tot nu toe hebben verhuurplatforms geweigerd gegevens te delen, waardoor het moeilijk is om lokale regelgeving te handhaven. Gelukkig maakt deze wet daar een einde aan en geeft het de steden weer meer controle. We laten zien dat het niet de grote techbedrijven zijn, maar de steden zelf, die de regels bepalen."

De overeengekomen maatregelen

Eenvoudigere registratie: de overeengekomen tekst voorziet in een gratis (of tegen evenredige kosten) online registratieprocedure voor kortetermijnhuurwoningen in de EU-landen die dit vereisen. Zodra de procedure is voltooid, ontvangen verhuurders een registratienummer waarmee ze hun woning kunnen verhuren. De relevante autoriteiten kennen de identiteit van de gastheer en kunnen hun informatie verifiëren.

Veiligere verhuurdiensten: online platforms zullen ervoor moeten zorgen dat het registratienummer van een verhuurder gebruikers in staat stelt de woning op de advertentie te identificeren en dat de verstrekte informatie betrouwbaar en volledig is. Platforms zullen "redelijke inspanningen" moeten leveren om steekproefsgewijs controles uit te voeren op deze informatie. Bevoegde autoriteiten kunnen registratienummers opschorten, platforms vragen illegale vermeldingen te verwijderen of sancties opleggen aan platforms of hosts die zich niet aan de regels houden.

Overdracht van gegevens: In het kader van de overeenkomst zullen de lidstaten één digitaal toegangspunt opzetten om maandelijks gegevens van platforms over de activiteiten van hosts (bv. specifiek adres, bijbehorend registratienummer, URL van de advertentie) te ontvangen. Een minder belastend regime is opgezet voor micro- en kleine platforms met gemiddeld 4.250 vermeldingen of minder. Deze gegevens zullen worden gebruikt om statistieken op te stellen en overheidsinstanties in staat te stellen de situatie ter plaatse beter te beoordelen en de toeristische diensten in hun gebied te verbeteren.

Volgende stappen
De informele overeenkomst moet door de Raad en het Parlement worden goedgekeurd voordat zij wet wordt. Na de inwerkingtreding hebben de lidstaten 24 maanden de tijd om hun registratiesystemen aan te passen en de nodige IT-infrastructuur op te zetten.

Achtergrond
De markt voor kortetermijnverhuur is de afgelopen jaren snel gegroeid, vooral door de opkomst en uitbreiding van honderden online platforms zoals Airbnb, Booking, Expedia en TripAdvisor. Dit type accommodatie omvat ongeveer een kwart van de totale toeristische accommodatie in de EU en dit aandeel zal naar verwachting toenemen. Hoewel dergelijke verhuur voordelen oplevert voor verhuurders, toeristen en veel regio's, beweren sommige onderzoekers dat het ontbreken van passende regels ook bijdraagt aan problemen zoals hogere huizenprijzen, permanente bewoners die worden verdreven en gestoord, overtoerisme en oneerlijke concurrentie.

Origineel Artikel

AGV: Bijeenkomst 13 november 2023

Aanmelden Bijeenkomst (graag, maar niet verplicht)

Ko Koens is sinds februari 2020 lector bij het lectoraat New Urban Tourism, waarmee hij deel uitmaakt van het kenniscentrum Creative Business. Door verstedelijking en snel groeiend stadstoerisme ondervinden steden toenemende druk.

Hoe kunnen we een nieuwe balans vinden tussen bezoekers en bewoners, op zo'n manier dat toerisme en de maatschappelijke verandering van stadsbuurten hand in hand kunnen gaan?  

Er is veel behoefte aan kennis over de vraag hoe toerisme op een harmonieuze manier kan worden ingepast in de maatschappelijke kwesties waar steden mee te kampen hebben. Ko Koens streeft naar ontwikkeling van deze kennis in samenwerking met andere partijen, zoals Wageningen University & Research, Erasmus Universiteit Rotterdam en een aantal hogescholen. Deze samenwerking vindt onder meer plaats in het Centre of Expertise Leisure, Tourism & Hospitality. Koens schakelt ook graag het internationale netwerk van onderzoekers in dat hij in de loop der jaren heeft opgebouwd, bijvoorbeeld door middel van een aantal door de EU gefinancierde onderzoeksprojecten.

Voor de zomer heeft de gemeente voorstellen gedaan voor het aanpassen van de Huisvestingsverordening per 1 januari 2024. Voor de derde keer in drie jaar wil de gemeente de B&B quota verlagen. Dit betekent dat het voortbestaan van uw B&B na het aflopen van de huidige vergunningsperiode veel onzekerder wordt. 

We hebben in een uitgebreide zienswijze onze bezwaren tegen deze onnodige en eenzijdige verlaging naar voren gebracht. Bovendien lijkt de gemeente de systematiek van de nieuwe wet toeristische verhuur volkomen te negeren en onnodig vast te houden aan regels die na invoering van het registratiestelsel overbodig zijn geworden.

Binnenkort zullen we zien of onze bezwaren serieus genomen zijn en er aanpassingen in het voorstel zijn gedaan. Onze argumenten zullen in ieder geval deze maand nog beantwoord worden in een “Nota van Beantwoording”. Deze zullen we natuurlijk uitvoerig bestuderen. Op de bijeenkomst van 13 november a.s. zullen we uitgebreid ingaan op deze plannen.

Als het goed is, hebben we op 13 november dus zowel voor B&B als Vakantieverhuur de antwoorden op onze zienswijze, waarin o.m het verzoek om de regels voor VV te vereenvoudigen (geen vergunningsverplichting meer of op zijn minst een langere vergunningsduur)

Door opnieuw het verbod op een aansluiting voor een kookgelegenheid in te stellen lijkt het alsof er geen stopcontact aanwezig mag zijn bij een pantry met wasbak. 

Sinds het instellen van het vergunningstelsel zijn wij er vanuit gegaan dat het vreemde verbod op een stopcontact (na)bij een pantry was verdwenen. Het staat namelijk nergens in de Huisvestingsverordening noch in de regels van de gemeente. Ook hebben wij niet kunnen inspreken op dit verbod.   

Het is bekend dat de ruimten, ingericht voor de B&B, tezamen geen zelfstandige woonruimte mogen vormen en dus niet alle elementen van een zelfstandige woonruimte mogen bevatten: een eigen afsluitbare toegang; eigen sanitair en eigen keuken. Op zich maakt het ontbreken van kookgerei, een kookplaat (gas of elektrisch) en een afzuigkap, tezamen met een uitdrukkelijk kookverbod van de exploitant al dat er geen sprake is van een keuken of kookgelegenheid. 

Wij hebben het hier over Bed & Breakfast, dus men moet wel koffie en thee kunnen zetten, een boterham kunnen roosteren en wat kunnen bewaren in een koelkastje. 

Het valt overigens te betwijfelen of een aansluiting voor een kookgelegenheid bij een aanrecht met wasbak juridische te handhaven is. 

Wij gaan in gesprek met de gemeente. Wij willen horen dat een stopcontact bij een aanrecht wel mogelijk is… Wordt vervolgd.

Waarom de belangen van vakantieverhuurders,  B&B’s en huizenruilers in elkaars verlengde liggen en waarom het belangrijk is om samen op te trekken.

Op 15 september j.l. ontvingen alle gebruikers van het huizenruil platform HomeExchange een e-mail dat vanaf 1 oktober 2023 huizenruil als vakantieverhuur zou worden gezien met alle regels die daar bij zouden horen.

Een grote groep van 150 huizenruilers maakte bezwaar bij gemeenteraadsleden en mede door inspreken van Amsterdam Gastvrij in de raadsvergadering zijn de regels voorlopig opgeschort. Waar we nu staan lees je hier

We roepen huizenruilers op om bij de bijeenkomst van 13 november aanwezig te zijn. We zullen daar uitleggen waarom de belangen van vakantieverhuurders,  B&B’s en huizenruilers in elkaars verlengde liggen en waarom het belangrijk is om gezamelijk op te trekken.

De Bijeenkomst werd weer goed bezocht. Hierbij de presentatie van Maarten Bruinsma

Welke acties kunnen we ondernemen naar aanleiding van de data voor de commissievergaderingen, inspreken, raadsleden aanschrijven. Wanneer wordt wat besloten etc. Zowel voor B&B, Vakantieverhuur en Huizenruil.

Aanmelden Bijeenkomst (graag, maar niet verplicht)

NRC: Gemeente Amsterdam mag bewoners niet verbieden hun woonplek te verhuren aan toeristen

Vakantieverhuur De gemeente Amsterdam wilde in 2020 inwoners van het Wallengebied en de Grachtengordel-Zuid verbieden hun woonruimten te verhuren aan vakantiegangers in Nederland. Dat verbod zou voor minder „druk van toeristen” moeten zorgen.

De gemeente Amsterdam mag bewoners in het centrum van de stad niet verbieden hun woonplek te verhuren aan toeristen. Dat heeft de Raad van State woensdag besloten. Volgens de Raad is de maatregel van de gemeente „onevenredig” en had de gemeente eerst moeten uitzoeken of „minder vergaande maatregelen” genoeg zouden zijn.

In de zomer van 2020 verbood de gemeente Amsterdam tijdelijk inwoners van het Wallengebied en de Grachtengordel-Zuid hun woonruimten te verhuren aan toeristen. Die regel zou tot minder „druk van toeristen” moeten leiden en de leefbaarheid in de stad verbeteren. De Vereniging Amsterdam Gastvrij, een belangenvereniging voor particuliere vakantieverhuurders en B&B’s, spande een rechtszaak aan. De vereniging wees de gemeente erop dat het verbod niet mocht volgens de wet. De rechtbank Amsterdam gaf de belangenvereniging gelijk in maart 2021, maar de gemeente Amsterdam ging in hoger beroep.

Dat was dus tevergeefs. Volgens de Raad van State is het verbod „onevenredig”, omdat het „niet noodzakelijk en geschikt” is om het doel, minder druk van toeristen, te bereiken. „Verder heeft het verbod direct financiële gevolgen voor woningeigenaren in de binnenstad, waardoor het aanwijzingsbesluit leidt tot discriminatie.” De gemeente gaat de uitspraak bestuderen en bekijken wat dit betekent voor het beleid tegen illegale verhuur en woonfraude.

AT5 Raad van State zet streep door wijkverbod toeristenverhuur. "Dit was machopolitiek"

De gemeente Amsterdam mag bewoners van bepaalde wijken in de binnenstad niet verbieden hun woning te verhuren aan toeristen. Dat heeft de Raad van State bepaald. Het college van burgemeesters en wethouders had eerst minder verregaande maatregelen moeten onderzoeken, oordeelt de Raad van State. 

Het verbod gold voor de buurten Burgwallen Oude Zijde, Burgwallen Nieuwe Zijde en Grachtengordel-Zuid. Het is bijna drie jaar van kracht geweest na de invoering in juli 2020. Doel was om de overlast van toeristen in deze wijken te beperken.

Bezwaar

De Vereniging Amsterdam Gastvrij (VAG) zet zich in voor Amsterdammers die hun woning aan toeristen willen verhuren, en maakte bezwaar tegen het verbod. Samen met Woonbootvereniging Amsterdam (WVA) stapte VAG naar de rechter.

In maart 2021 gaf de Rechtbank Amsterdam de VAG en de WVA al eens gelijk, en oordeelde dat een verbod op vakantieverhuur in bepaalde wijken niet mag. De gemeente stapte daarop naar de Raad van State (de hoogste bestuursrechter), waar de zaak in februari dit jaar werd behandeld.

Raad van State

Voor de Raad van State betoogden VAG en WVA dat het besluit om hele buurten aan te wijzen als verboden terrein voor vakantieverhuurders 'niet evenredig' is: het is een veel te zware maatregel die in strijd zou zijn met het eigendomsrecht. Met minder rigide maatregelen kan de gemeente óók toeristische overlast in de binnenstad beperken, vonden VAG en WVA.

Daar gaat de Raad van State in mee. Het college heeft niet gekeken of minder strenge maatregelen ook ingezet hadden kunnen worden. Zoals bijvoorbeeld een quotum, dat het aantal verhuurde woningen tot een bepaald maximum zou beperken. Het besluit uit 2020 is daarmee vernietigd; de gemeente moet ook de proceskosten betalen.

Inmiddels is er landelijk een nieuwe wet van kracht, de Wet toeristische verhuur. De Raad van State heeft geen uitspraak gedaan over de vraag of een gebiedsverbod in strijd is met deze wet. Omdat deze nieuwe wet is ingevoerd nadat het gebiedsverbod al van kracht was, heeft de Raad van State dit niet in overweging genomen.

'Machopolitiek'

Maarten Bruinsma van de VAG is blij met de uitspraak. "Eerder bleek al dat in die wijken in totaal maar zo'n 40 vergunningen waren verleend. De rechters kregen zo een goed beeld dat deze maatregel dus veel te ver ging." Bruinsma zegt dat hij dat eerder ook heeft gezegd tegen de gemeente. "Maar daar heerste destijds een soort machopolitiek, waarbij diverse mensen elkaar wilde overtoepen met harde maatregelen." Hij roept de gemeente op eens een 'nuchtere blik' op de cijfers te werpen.

In een eerste reactie is wethouder Zita Pels van Volkshuisvesting terughoudend. "De gemeente gaat de uitspraak bestuderen en bekijken wat dit betekent voor het beleid tegen illegale verhuur en woonfraude."

interview met Maarten Bruinsma, voorzitter Amsterdam Gastvrij

Raad van State zet streep door wijkverbod toeristenverhuur: "Dit was machopolitiek" - AT5

Parool: ook Raad van State veegt Amsterdams verbod vakantieverhuur in bepaalde wijken van tafel

De gemeente had in 2020 geen verbod op vakantieverhuur mogen invoeren in bepaalde wijken in de binnenstad. Daarmee geeft de Raad van State het Amsterdamse college, dat in hoger beroep was gegaan na een eerdere uitspraak, een gevoelige tik op de vingers.

Tim Wagemakers en David Hielkema 31 mei 2023, 11:00

Het was een uitspraak waar reikhalzend naar werd uitgekeken. Nadat de gemeente eerst door de rechter was teruggefloten over haar wens om in bepaalde stadswijken vakantieverhuur te verbieden, veegt de Raad van State na hoger beroep het in 2020 kortstondig ingevoerde verbod wederom van tafel.

De hoogste rechter spreekt van een onevenredige maatregel. ‘Het college had eerst moeten onderzoeken of minder vergaande maatregelen genomen konden worden om het beoogde doel te bereiken. Niet is gebleken dat het college dit heeft gedaan.’

Amsterdam Gastvrij

In 2020 wilde toenmalig wethouder Laurens Ivens een verbod invoeren op vakantieverhuur in het Wallengebied en het zuidelijk deel van de grachtengordel. Het idee was daarmee overlast van toeristen tegen te gaan en de leefbaarheid van de binnenstad te vergroten.

Maar zijn maatregel in 2020 om dit in te voeren in het Wallengebied en het zuidelijk deel van de grachtengordel kon op forse kritiek rekenen van belangenvereniging Amsterdam Gastvrij, die een rechtszaak aanspande en won. De maatregel van de gemeente was namelijk gebaseerd op de Huisvestingswet, maar volgens de rechter bood die wet de mogelijkheid van een verbod helemaal niet.

Kleine opening

De gemeente ging in hoger beroep en krijgt opnieuw kritiek op de maatregel, al biedt de Raad van State wel een kleine opening door te stellen dat de Huisvestingswet wel degelijk ruimte biedt voor een verbod. ‘Dat mag alleen als daarvoor goede redenen zijn, die verband houden met het doel en de strekking van de Huisvestingswet. Daarom had het college van b. en w. eerst moeten onderzoeken of minder vergaande maatregelen genomen konden worden om het beoogde doel te bereiken.’

Daarmee wordt gedoeld op bijvoorbeeld het instellen van een maximum aan het aantal vergunningen in een gebied of het verbieden via een bestemmingsplan. Mocht de gemeente in de toekomst opnieuw een verbod willen instellen dan moet eerst worden aangetoond dat alle andere minder vergaande maatregelen eerst zijn geprobeerd.

Strenge regels

Vakantieverhuur via bijvoorbeeld Airbnb is in Amsterdam aan strenge regels gebonden. Zo mogen kamers of appartementen alleen verhuurd worden met een vergunning en is er een maximum van dertig dagen. Er worden flinke boetes uitgedeeld bij overtreding van de regels: verhuren zonder vergunning levert bijvoorbeeld een boete op van 8700 euro.

De gemeente laat weten de uitspraak te gaan bestuderen en te gaan bekijken wat dit betekent voor het beleid tegen illegale verhuur en woonfraude.

“Het is nauwelijks te begrijpen waarom de gemeente in hoger beroep gegaan is”, zegt Maarten Bruinsma van Amsterdam Gastvrij, in een eerste reactie. “Dit was een onnodig en kostbaar experiment, dat de geloofwaardigheid van de gemeente geen goed heeft gedaan.”

NAP nieuws: 'De gemeente maakt ons tot zondebok': Amsterdamse B&B houders voelen zich de dupe van toerismebeleid.

Amber Wiznitzer

Amsterdammers met een Bed & Breakfast (B&B) vrezen dat ze disproportioneel hard zullen worden aangepakt door de gemeente. Die kondigde eind 2022 nieuwe maatregelen aan om de groei van toerisme te beperken, waaronder een mogelijke aanscherping van het quotum voor B&B’s. Tot onvrede van B&B-belangenvereniging Amsterdam Gastvrij. ‘Volstrekt disproportioneel.’

‘Ik heb mijn eerste meme gemaakt,’ klinkt de stem van Maarten Bruinsma door de Nassaukerk. Bijna zeventig leden van Amsterdam Gastvrij, de Amsterdamse belangenvereniging voor B&B’s en vakantieverhuur, hebben zich hier op dinsdag 17 januari verzameld voor de eerste bijeenkomst van het jaar. Op een groot scherm toont voorzitter Bruinsma een foto van een ladder die door een man op een auto is geplaatst en tegen een hoog stoplicht leunt. Bovenaan de ladder staat een tweede man naar het rode stoplicht te kijken.

Inspiratie voor de meme was de ‘escalatieladder’ die de gemeente eind vorig jaar introduceerde om toerisme in de hoofdstad in balans te houden. Elke trede vertegenwoordigt een mogelijke maatregel die kan worden ingezet bij toenemende overlast. De maatregelen zijn nog niet definitief, maar een verdere aanscherping van quota voor B&B’s (toeristische verhuur waarbij een permanente bewoner toezicht houdt) en regelgeving voor vakantieverhuur (toeristische verhuur zonder toezicht van een permanente bewoner) behoort tot de mogelijkheden.

Het zijn dus de B&B’s die op de wankele escalatieladder zijn gezet en tot halt worden geroepen, stelt Bruinsma, terwijl de hotelsector – die in 2021 toch bijna 87% van het aantal toeristenovernachtingen verzorgde – door rood kan blijven scheuren.

Mild

De gemeente ziet dat anders. Voor hotels geldt al langere tijd een aangescherpt overnachtingsbeleid, laat de woordvoerder van wethouder Sofyan Mbarki (Aanpak Binnenstad) later in een reactie weten. En ook in het nieuwe pakket aan maatregelen komt deze sector aan de orde.

Maar voor de hotelsector zijn de voorgestelde maatregelen volgens Bruinsma een stuk milder: met hoteliers wil de gemeente in gesprek om hotels te transformeren tot woon- of kantoorplekken en hotelkamers samen te voegen.

‘Dan zegt de hotelsector: “Nee”, en is het gesprek snel klaar’, voorspelt toerismedeskundige Stephen Hodes, aanwezig als spreker bij de bijeenkomst. Uit frustratie dat zijn inmenging al jaren ‘helemaal niets’ oplevert, bemoeit de zeventiger zich naar eigen zeggen niet meer met de discussie rond toerisme in Amsterdam. Maar voor de B&B-houders in de Nassaukerk maakt hij een uitzondering: ‘Jullie zijn heel nauw betrokken bij deze hele economie’.

Zondebok

‘Volstrekt disproportioneel’, noemt Hodes het verschil tussen de aangekondigde maatregelen voor B&B’s enerzijds en voor hotels anderzijds. ‘Als ik dertig jaar jonger was, zou ik op de barricade gaan staan.’ ‘Ze maken ons tot zondebok’, roept een van de aanwezigen. De zaal vult zich met instemmend geroezemoes.

De strijdlustige sfeer in de zaal is niet nieuw. Amsterdam Gastvrij verzet zich sinds haar oprichting in 2017 al tegen het gemeentelijk beleid rond B&B’s en vakantieverhuur. Vooral de quota zijn de leden een doorn in het oog: sinds 2020 is voor het houden van een B&B een vergunning vereist en geldt per wijk een maximum aantal vergunningen dat verstrekt wordt. Ook voor vakantieverhuur is een vergunning nodig, en in sommige wijken wil de gemeente daarvoor liefst een totaalverbod invoeren.

Hoger beroep

De onvrede bij Amsterdam Gastvrij is zo groot dat de vereniging twee rechtszaken tegen de gemeente aanspande. Op 22 februari dient het hoger beroep over de plaatselijke verboden op vakantieverhuur, later dit jaar dient het hoger beroep over de quota voor B&B’s.

Voor die tijd zit de vereniging niet stil. Anderhalve week na de bijeenkomst is er alweer een gesprek aangevraagd met wethouder Mbarki, zegt Bruinsma. ‘Dan kunnen we meer input geven over onze rol in het Amsterdamse ecosysteem.’

Delen:

Dutch News (.nl): Traditionele bed & breakfasts verstrikt in maatregelen tegen toeristenoverlast

19 januari 2023 - Door Senay Boztas

Eigenaren van traditionele bed & breakfasts vinden dat ze onterecht het doelwit zijn van de Amsterdamse maatregelen tegen beschuldigingen van toeristenoverlast – er is naar eigen zeggen weinig bewijs dat ze dat wel zijn. Voorzitter Maarten Bruinsma zei tijdens een jaarlijkse algemene ledenvergadering van de Amsterdamse vereniging voor amateur bed & breakfast houders Amsterdam Gastvrij dat het onwaarschijnlijk is dat mensen hinderlijke gasten in hun gezinswoningen verwelkomen. "De drukte die voor 90% wordt veroorzaakt door hotels, wordt op ons bordje gelegd", zei hij. De rode lijn in alle regels is dat ze niet veel kosten voor de gemeente. Het kost veel geld om een hotel uit te kopen terwijl ze ons gewoon kunnen vertellen: "Dat kan niet meer." B&B-verhuur) vertegenwoordigt een klein deel van de toeristische overnachtingen. Een rapport uit 2019 in opdracht van Airbnb en uitgevoerd door SEO Amsterdam Economics, beweerde dat 'vakantieverhuur' tot 7% van de toeristische overnachtingen vertegenwoordigde.

'Blijf weg'

In november kondigde stadseconoom Sofyan Mbarki echter een reeks maatregelen aan om de toeristenoverlast te verminderen, waaronder een 'blijf weg'-campagne en 'aanscherpende' regelgeving rond vakantieverhuur, terwijl hij hotels vroeg om om te bouwen tot woningen. Het Nederlandse statistiekbureau het CBS meldde dat het overnachtingstoerisme, inclusief hotelovernachtingen, vorig jaar terugkeerde naar het hoge niveau van bijna 2019. Ondertussen zei Geerte Udo, directeur van citymarketingorganisatie Amsterdam & Partners, dat ‘Airbnb’vakantiewoningen 'schadelijk' zijn voor Amsterdam. Maar traditionele bed & breakfast-eigenaren – die een beperkt aantal licenties hebben en het hele jaar door kunnen opereren als de eigenaar aanwezig is – zijn bezorgd dat hun bedrijven onterecht zullen lijden onder hardhandig optreden op het gebied van huisvesting en toerisme. "Er is een ladder van escalatie en we staan aan de top, met meer verboden gebieden en meer bed & breakfast-quota's", zei Bruinsma.

Waterbed Stephen Hodes, een toerisme-expert en campagnevoerder tegen overlast, zei dat de stadsregels niet hebben gewerkt zoals bedoeld. ‘Veel regels hebben een waterbedeffect gehad – je stopt hotels, en het effect is meer hotels in Hoofddorp, Haarlemmermeer en Zaandam. Iedereen wordt naar de stadsgrenzen gestuurd, en al het geld gaat naar de andere gemeenten, maar de overlast komt naar Amsterdam. Je blijft niet in Amstelveen en Hoofddorp!' Ook plannen om toeristen naar minder gebaande paden te verspreiden, waren volgens hem gedoemd te mislukken. ‘De gemeente heeft geen idee hoe toeristen denken: ze denken dat hun gedrag rationeel is, maar ze zijn als vee. Maximaal 10% begeeft zich buiten de platgetreden paden. De gemeente jaagt op klein beleid, maar de oorzaak is Schiphol!' Hij voegde eraan toe dat er geen bewijs is dat de traditionele bed & breakfasts een oorzaak waren voor hinderlijke gasten. "Je hebt controle over wat er in je huis gebeurt en je gasten zijn niet de lastige gasten, maar ze (de gemeente) komen keihard achter je aan", zei hij. Hoe ziet een kwaliteitstoerist eruit? Eigenaars van bed & breakfasts wezen er tijdens het evenement op dat hun gasten hen vragen om 'lokale juweeltjes' aan te bevelen, zodat ze mensen kunnen wegleiden van de gebruikelijke toeristische attracties, terwijl ze hun prijzen aanpassen om probleembezoekers te vermijden. Amsterdam Gastvrij komt ook op voor mensen die hun huis maximaal 30 nachten verhuren terwijl ze weg zijn, en heeft de kwestie van boetes voor kleine administratieve fouten bij vakantieverhuur aan de orde gesteld. Op advies van de Amsterdamse ombudsman heeft de stad een nieuw beleid dat de eerste boetes beperkt tot € 3.000, maar de limiet is niet van toepassing op alle straffen en vanaf februari worden kostbare rechtszaken verwacht. Nieuws heeft de gemeente Amsterdam om een reactie op de zorgen gevraagd.

Gemeente: Suggestieve nota toeristenovernachtingen

In deze nota worden voorstellen gedaan voor capaciteitssturing in bestaande hotels en nog te ontwikkelen hotels. Er wordt ook ingegaan op hotelovernachtingen in de MRA. Vervolgens wordt ingegaan op het verder aanscherpen van beleid voor verhuur van woningen aan toeristen. Aanvullend worden voorstellen gedaan voor de hoogte van de toeristenbelasting. Er wordt vervolgens ingegaan op in hoeverre deze belasting een sturingsinstrument kan zijn zoals bedoeld in de Verordening op toerisme in balans Amsterdam. Ook is in deze nota een maatregel opgenomen voor de vermakelijkheidsretributie. lees hier de hele nota waaronder hoofdstuk 3 Toeristisch verhuur van woningen.

AGV: Zienswijze proportionaliteitsbeleid boetes vakantieverhuur

Geachte wethouder, beste Zita,

We hebben onlangs kennisgenomen van de stand van zaken met betrekking tot de aanpak van het verlagen van eerste administratieve boetes voor vakantieverhuur en van het vastgelegde proportionaliteitsbeleid. Ik wil hierbij onze zienswijze hierop met je delen.

We stellen het erg op prijs dat de verlaging van deze administratieve boetes niet is uitgesteld tot de vaststelling van de nieuwe huisvestingsverordening voor 2024. Door de snelle aanpak en het bevriezen van alle lopende trajecten is voorkomen dat de affaire mogelijk onbeheersbare proporties gekregen zou hebben. Ook is het goed dat er bij het opleggen van boetes nu duidelijker invulling gegeven zal worden aan de wettelijke plicht om te matigen naar de mate van ernst van de overtreding en verwijtbaarheid en/of de geringe draagkracht van de overtreder.

Toch stellen we kritische kanttekeningen bij de vastgelegde proportionaliteitsbeleid. We achten het boetebedrag van 3000 euro nog altijd disproportioneel en de reikwijdte van de coulanceregeling onvoldoende.

Hoogte van het boetebedrag voor een eerste administratieve overtreding

Het is bijzonder teleurstellend dat het college wil vasthouden aan een punitieve sanctie van 3000 euro voor een overtreding waar op zichzelf geen voordeel aan te behalen is. Naar ons oordeel wordt hiermee geen invulling gegeven aan de aanbeveling van de ombudsman om een waarschuwingsboete in te voeren. Het bedrag is twintig keer zo hoog als in Utrecht (150 euro), terwijl in Zaanstad met een waarschuwing volstaan wordt.

Het is niet duidelijk waarop het bedrag gebaseerd is en het bedrag lijkt daarmee volkomen arbitrair. Het zou voor de hand gelegen hebben om aansluiting te zoeken bij boetes voor vergelijkbare overtredingen, zoals het te laat indienen van een aangifte omzetbelasting (68 euro) of inkomstenbelasting (385 euro) or rijden met een verlopen APK keuring (150 euro). 

Het college stelt dat de boete voor de meldplicht “afschrikwekkend genoeg” moet zijn. Daarmee wordt echter miskend dat de meldplicht slechts tot doel heeft om de handhaving van het nachtencriterium van 30 nachten te faciliteren. De boete voor het niet naleven van het nachtencriterium zelf blijft onverminderd op een “afschrikwekkende” 11.600 euro staan. De ons bekende gedupeerden kunnen aantonen dat ze dit nachtencriterium niet overschreden hebben. Daarmee hebben ze van de vergeten melding ook geen enkel voordeel gehaald (het melden is immers gratis). In het overgrote deel van de gevallen waren ze eenvoudigweg niet van de meldplicht op de hoogte. In sommige andere gevallen is het een enkele keer vergeten. In geen van de gevallen is meer van 30 nachten verhuurd. 

U stelt terecht in uw brief naar de gemeenteraad dat de bijzonder hoge administratieve lasten voor vakantieverhuurders, met een jaarlijkse vergunningsaanvraag en meldplicht voor iedere verhuring vooraf, met zich meebrengt dat er “sneller een melding wordt vergeten of een verhuring wordt gedaan terwijl de vergunning niet meer geldig is en er nog geen nieuwe vergunning is aangevraagd”. De ombudsman onderschrijft ook dat het stelsel uitnodigt tot het maken van fouten. Alleen daarom al zijn “afschrikwekkende” boetes ondoelmatig en ongepast.

Ook de foutieve informatievoorziening vanuit de gemeente of landelijke overheid draagt bij aan mogelijke fouten. Zo wordt op de landelijke website voor het registreren en doen van meldingen (annex 2) gesteld dat de advertentie het vergunningsnummer moet vermelden (dat moet het registratienummer zijn). Ironisch genoeg bevat zelfs het (oorspronkelijke) persbericht van de Gemeente (annex 3) over het nieuwe proportionaliteitsbeleid een fout. Hierin wordt feitelijke hoofdbewoning en het nachtencriterium onjuist als “administratieve voorwaarden” gepresenteerd.

De vermeende afschrikwekkende werking van een hoge boete veronderstelt een calculerende burger die van de laatste versie van de huisvestingsverordening op de hoogte is. Daar is onder de gedupeerden, particulieren die hun eigen woning verhuurd hebben, geen sprake van. Met een waarschuwingsboete wordt een overtreder ook op de hoogte gebracht wordt van de hoge boete van 8700 euro voor een eventuele tweede overtreding. Pas daarna kan men van een afschrikwekkende werking uitgaan. 

Een boete van 3000 euro zal ook voor toekomstige gedupeerden als onevenredig ervaren worden en zal tot gevolg hebben dat de gemeente verwikkeld blijft in talrijke rechtszaken met haar burgers.

Reikwijdte van de coulanceregeling

Voor mensen die geen herroepelijke zaak hebben, wordt een coulanceregeling ingesteld die alleen geldt voor mensen die na 1 oktober 2021 een boete hebben ontvangen voor een eerste administratieve overtreding. Wij achten het onrechtvaardig dat door het invoeren van deze vrij willekeurige datum een aantal benadeelden op geen matiging kunnen rekenen, terwijl de feiten en omstandigheden voor hen gelijk zijn. 

Ten eerste willen we graag herhalen dat alle meldplichtboetes van vóór 1 juli 2020 zijn opgelegd op grond van een door de Raad van State onverbindend verklaard artikel. We blijven het bijzonder onrechtvaardig vinden dat gemeente volhardt in het incasseren van onterecht opgelegde boetes, alleen omdat een benadeelde zijn of haar gang naar de rechter niet heeft kunnen of willen maken.

Op 1 juli 2020 is de meldplicht (opnieuw) ingevoerd tezamen met een nieuwe vergunningplicht voor vakantieverhuur. Terwijl bij het invoeren van de registratieplicht (1 april 2021) een “inwerkperiode” van 6 maanden aangehouden is tot 1 oktober 2021, is bij het instellen van een meld- en vergunningsplicht nauwelijks sprake geweest van enige inwerktijd. Deze nieuwe meld- en vergunningsplicht zijn als noodmaatregel op stel en sprong ingevoerd als reactie op de beslissing van de Raad van State van begin 2020 dat er (toen) voor de meldplicht zonder vergunningsplicht geen juridische basis bestond. Het is dan ook niet verwonderlijk dat er in de haast een evidente fout geslopen is in deze Huisvestingsverordening, die uitgerekend de meldplichtboete betreft (zie annex 1). Het is aannemelijk dat dit juist in de periode direct na 1 juli 2020 tot overtredingen vanuit onwetendheid geleid heeft. We achten het daarom bijzonder onrechtvaardig dat de gedupeerden in de periode tussen 1 juli 2020 en 1 oktober 2021 niet ontzien worden. Hierbij zij nog opgemerkt dat het juist de financieel minder draagkrachtige of minder goed ingevoerde burgers zijn, die hun weg naar de rechter niet genomen hebben en dus buiten de coulanceregeling vallen.

Ook om een andere reden is 1 juli 2020 beter verdedigbaar als begindatum voor de coulanceregeling. Vanwege de coronabeperkingen is vanaf begin 2020 de handhaving beperkt tot zogenaamde “digitale recherche”. Hierbij werden de gescrapete gegevens van Airbnb, zoals recensies, gekoppeld aan meldingen van verhuringen bij de gemeente Amsterdam. In tegenstelling tot de jaren daarvoor zijn, is aan geen enkele van deze boetes een zogenaamde “Zoeklichtmelding” van vermoedelijke illegale verhuur of vermeende overlast voorafgegaan. Uit tabel 3 van de bijlage bij de raadsinformatiebrief blijkt ook dat al sinds 2020 boetes voornamelijk zijn opgelegd wegens administratieve fouten van particulieren. Daarom zijn deze gevallen over het algemeen veel beter vergelijkbaar met recente gedupeerden dan met verhuurders van vóór 2020.

Het betreft hier naar schatting zo’n 15 tot 20 gedupeerden bovenop de 77 gedupeerden die nu wel onder de coulanceregeling vallen. We verzoeken het college om deze groep gedupeerden van na 1 juli 2020 in de coulanceregeling mee te nemen. Eventueel kan men van deze personen verlangen dat ze aantonen, bijvoorbeeld door het overhandigen van screenshots van een platform (zoals de Amsterdamse belastingdienst soms verlangt), dat ze het nachtencriterium niet overtreden hebben.

Aanbevelingen ombudsman

We onderschrijven de aanbevelingen van de ombudsman van harte. We zijn echter van mening dat deze aanbevelingen niet in voldoende mate door het college overgenomen worden. Wij blijven graag in gesprek en zullen ideeën voor het vereenvoudigen van het systeem en het verbeteren van de informatievoorziening blijven aandragen. Wij zullen de concrete invulling van het matigingsbeleid nauwgezet blijven volgen en eventuele signalen van misstanden terugkoppelen in de kwartaalgesprekken met de Directie Wonen.

Met vriendelijke groeten,

Maarten Bruinsma

Amsterdam Gastvrij